De Spaanse term filibustero is afgeleid van het Nederlandse woord vrijbuiter, in de betekenis van ‘kaper’ of ‘zeerover’. Waarschijnlijk werd het al gebruikt sinds de 16e eeuw, tijdens aanvallen van Engelse en Nederlandse schepen op de Spaanse schepen en koloniën. In de Filipijnen, een van de Spaanse koloniën, werd de term filibustero te pas en te onpas gebruikt voor degenen die het niet eens waren met de Spaanse heersers of in opstand kwamen.
Vrijbuiters
Bekend is bijvoorbeeld de kapitein en vrijbuiter Olivier van Noort die als eerste Nederlander rond de wereld voer. Met zijn schepen verloor hij in december 1600 de slag om Manila van de Spaanse vloot onder leiding van admiraal Antonio de Morga. Van Noort kwam met 1 van de 3 schepen van zijn vloot en slechts 45 van de oorspronkelijke 248 bemanningsleden terug in Rotterdam. Een jaar later beschreef hij zijn memoires van de wereldreis in zijn boek ‘Beschrijvinghe vande voyagie om de geheelen wereldt Cloot ghedaen‘.
Antonio de Morga is bekend geworden door zijn boek ‘Sucesos de las Islas Filipinas’ uit 1609, waarin hij de geschiedenis, het land en de cultuur van de Filipijnen beschreef. Dat boek werd in 1890 door José Rizal voorzien van voetnoten met zijn commentaar en opnieuw uitgegeven. Waarmee de cirkel naar het woord filibustero met Rizals roman ‘El Filibusterismo’ rond is …
In zijn eerste roman Noli me tángere (Raak me niet aan!) introduceert Rizal de term filibustero in een nog verder verbasterde vorm, in de woorden van een boer:
‘De witte paters hebben Don Crisóstomo een ‘plibastier’ genoemd. Nu komt er geen school meer.’
Het vervolg op Noli me tángere (Raak me niet aan!) kreeg van Rizal de titel El Filibusterismo. De beschuldiging van filibustero werd door de Spanjaarden te pas en te onpas gebruikt.
In de woorden van de student Isagani in deze roman:
‘Hier wordt elke onafhankelijke gedachte, elk woord dat geen echo is van de wil van de machthebbers beschouwd als ‘filibusterismo’, en u weet heel goed wat dat betekent. Alleen een dwaas zal voor zijn eigen gerief hardop zeggen wat hij denkt en zich zo blootstellen aan vervolging!’
In een brief aan José Rizal schrijft zijn vriend Fernando Blumentritt op 28 maart 1891:
‘Het zou goed zijn als er in Londen of Parijs een tijdschrift zou worden uitgegeven met echt revolutionaire ideeën en artikelen – een ‘Revista Filibustera’ (Filibustero Tijdschrift) …’
Rizal beantwoordde de brief op 29 maart 1891 met de opmerking:
‘Ik heb mijn boek afgemaakt. Oh, nee, ik heb er niet mijn opvatting over wraak tegen mijn vijanden in beschreven, maar alleen wat het beste is voor degenen die lijden, …’
Dat boek, ‘El Filibusterismo’, werd later dat jaar gedrukt in Gent.
In het manuscript van El Filibusterismo had Rizal een opdracht geschreven:

‘Aan het Filipijnse volk en zijn regering
We zijn zo vaak bang gemaakt met het spook van ‘filibusterismo’, dat het van een bakerpraatje iets is geworden dat stellig en echt is, waarvan we door de naam alleen al de grootste fouten begaan. Laten we daarom het oude systeem opzij zetten, waarin we mythen eerbiedigen om de gevreesde realiteit te ontlopen. In plaats van ervoor te vluchten zullen we die recht in de ogen kijken en met een vastberaden, hoewel onervaren, hand zullen we de lijkwade optillen om voor de menigte haar skelet bloot te leggen …’
De vertaling van de roman El Filibusterismo is verschenen onder de titel ‘De revolutie‘
Nice post thanks for sharinng
LikeLike